Sunday, November 1, 2009

We're moving again

We’re moving again, and how! Auke's bike is running smoothly, and since we left Pasto we have reached a lot of milestones in just a couple of days! We have passed another border (so after a month in Colombia we are now in Ecuador) and the 25.000 km of this trip and the equator,


we have seen our first Andes-snow and Inca-ruin, and have had our first (and hopefully only) collision, which was (don’t laugh please) with each other! The physical damage (each one scratch on a leg) and material damage (big dent in one pannier) was nothing serious and much smaller than the damage to our egos....

We clearly notice that we are in another country. Where in Colombia the Indians and European invaders have mingled/mixed a lot which makes the current inhabitants mainly ‘mestizo’ (mix of Indian and European), in Ecuador the groups have stayed separately, so we see a lot of Indian people (all with long hair, women with poncho, wide skirt and bowler hat), and in a small area in the north even Creole people.

We also notice that we are now deeper / higher into the Andes, and to prepare for the cold at high altitude we bought a nice blanket (and shawls, and socks, and a sweater, but these only because they were so beautiful) at the great market in Otavalo, the wool- and weaving centre of Ecuador


Because the area was so beautiful with volcanoes all around us, we decided to stay the rest of the day, and made a trip to another crater lake, blue and by motorcycle this time.


We decided to pass on Quito, and continued directly to Baños, situated at the foot of a volcano as a volcano is supposed to be


The main attraction of Baños are the baños, the hot water baths. And so we spent the evening under the stars at the bottom of a waterfall in a 40ºC bath, chatting with a local who voluntarily maintains the measuring equipment that monitors the seismic activity of the volcano, which became active again 10 years ago. He told us that by now they know about an eruption 3 hours in advance, quite reassuring! Sorry, forgot the camera, so you’ll have to picture it by yourself.
Afterwards we had a very nice dinner in a French restaurant, the first really nice dinner in a very long time (as this trip so far is not really a culinary adventure, both health-wise and taste-wise), and so the next day we got on our bikes really refreshed.

The route the next day again was just spectacular. Actually I would have wanted to stop every 100 metres to take a picture of again a splendid view, but that would have made Auke very unhappy. That nevertheless I took 150 pictures in 5 days says it all…








We finished the day in Cuenca

a beautiful and not too big city (and again a UNESCO World Heritage site, I think the 20st of this trip) with a nice plaza, a great ethnographic museum and our first modest Inca-ruin.

One phenomenon we keep seeing since Mexico: the motel latin-american style. In North-America and Europe, a motel is a roadside hotel with a parkingplace, mainly aiming at long distance travellers and a minor purpose as meetingplace for an extramarital (or professional) lover. Since Mexico these purposes have been reversed completely: the ‘motels’ are brightly painted bunkers with only small openings for entrance and exit, and every room provided with a fenced-off parking place for ultimate discretion, and with names like ‘amor secreto’ (secret love), ‘tu y yo’ (you and me) en ‘cupido’ ( ..), just in case the purpose is not yet clear.

So far we haven’t spent a night in such a place yet, but we do think that this experience should be part of our trip. And as it has safe motorcycle parking, it is actually quite perfect for us!

***

We zijn weer op weg, en hoe! Auke’s motor loopt als een zonnetje, en sinds ons vertrek uit Pasto hebben we in een paar dagen een hoop mijlpalen bereikt! Zo zijn we wederom een grens gepasseerd (en dus na een maand Colombia nu een land verder, en wel in Ecuador) én de 25.000 km van deze reis én de evenaar,


hebben we onze eerste Andes-sneeuw en eerste Inca-ruine gezien, en hebben we de eerste (en hopelijk enige) botsing van deze reis gehad, en wel (niet lachen!) tegen elkaar. De fysieke schade (ieder een schram op een been) en materiele schade (deuk in 1 koffer) was te verwaarlozen en vele malen kleiner dan de deuken in onze ego’s.....

We kunnen duidelijk merken dat we in een ander land zijn. Waar in Colombia sinds de europese ‘invasie’ een grote vermenging tussen indianen en europeanen heeft plaatsgevonden en de bevolking dan ook hoofdzakelijk ‘mestizo’ (kruising tussen Indiaan en Europeaan) is, zijn in Ecuador de bevolkingsgroepen veel meer gescheiden gebleven en dus zien we hier veel indianen (allemaal lang haar, de vrouwen met poncho, wijde rok en bolhoed), en in een klein gebied in het noorden wonderlijk genoeg veel creolen.

Verder zijn we ook duidelijk dieper/hoger de Andes in, en om ons te wapenen tegen de kou op hoogte, hebben we in Otavalo, het wol- en weef-centrum van Ecuador, op de prachtige markt een deken gekocht, en sjaals, en sokken, en een trui, maar die laatste dingen alleen maar omdat ze zo mooi zijn.


Omdat de omgeving zo mooi was met rondom drie vulkanen van rond de 5000 meter hoog, zijn we die dag maar gebleven en hebben een tocht naar wederom een kratermeer gemaakt, blauw en per motor deze keer.


Wisten wij veel dat deze landschappen de volgende dagen alleen nog maar mooier en spectaculairder zouden worden. We hebben besloten om Quito aan ons voorbij te laten gaan, en zijn direct doorgereden naar Baños, aan de voet van een vulkaan zoals een vulkaan eruit hoort te zien.


De attractie van Baños zijn de baños, de warmwaterbaden. En dus lagen we die avond onder de sterrenhemel aan de voet van een waterval in een bad van 40ºC wat te babbelen met een locale inwoner die als vrijwilliger de meetapparatuur onderhoudt die de activiteit van de sinds 10 jaar weer actieve vulkaan in de gaten houdt, en vertelde dat ze nu al 3 uur van tevoren een uitbarsting kunnen voorspellen. Een hele geruststelling! Sorry, fototoestel vergeten, dus met deze beschrijving moet je het doen.
Daarna voor het eerst in lange tijd echt lekker gegeten in een Frans restaurant (deze reis is vooralsnog zeker geen culinar walhalla, niet voor de smaak en niet voor de schijf van vijf), en dus zaten we de volgende dag weer geheel verkwikt op de motor.

De route deze dag was ronduit spectaculair. Ik wilde elke 100 meter wel stoppen om een foto te maken van weer een ander pachtig landschap/uitzicht, maar dat kan ik Auke niet aandoen. Dat ik desondanks in 5 dagen al 150 foto’s heb gemaakt zegt genoeg.....






Die dag zijn we doorgereden naar Cuenca, een mooie en overzichtelijke stad (en wederom een Unesco werelderfgoed, voor mijn gevoel al zeker de 20ste op deze trip)


met een mooi plein, een prachtig etnografisch museum en onze eerste Inca-ruine.

Eén verschijnsel achtervolgt ons inmiddels al sinds Mexico; het verschijnsel ‘motel’op z'n latijns-amerikaans. In Europa en Noord-Amerika is een motel over het algemeen een hotel langs de doorgaande weg met parkeerplaats voor de deur, met als hoofddoelgroep reizigers en een bescheiden nevenfunctie als geheime ontmoetingsplaats voor een buitenechtelijke (al dan niet professionele) geliefde. Vanaf Mexico tot hier zijn deze functies duidelijk omgedraaid: de ‘motels’ zijn vrolijk gekleurde bunkers met alleen een kleine ingang en uitgang, met bij elke kamer een parkeerplaats afgesloten met een dicht hek voor ultieme discretie, en met namen als ‘amor secreto’ (geheime liefde), ‘tu y yo’ (jij en ik) en ‘cupido’ ( ...) die over de bedoeling weinig te raden laten.

Het is er nog niet van gekomen om een keer in zo’n ‘motel’ te overnachten, maar dat moeten we toch een keer meemaken. En met veilig parkeren van de motoren, eigenlijk ideaal toch!

No comments:

Post a Comment